ASSENDELFT - De eigenaar van de voormalige dansschool in Assendelft mag verder gaan met de bouwwerkzaamheden voor een hotel in het pand, maar hij mag het pand nog niet in gebruik nemen. Dat heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland besloten.


Hotel

De gemeente Zaanstad heeft in oktober 2023 de eigenaar een omgevingsvergunning gegeven om in het pand een hotel met 9 kamers, een algemene ruimte op de begane grond en een woning op de bovenverdieping te realiseren. Een week later begon de eigenaar met bouwwerkzaamheden. Vanaf 1 maart 2024 verhuurde de eigenaar het pand aan een zorginstelling voor de huisvesting van cliënten met 24-uurszorg en begeleiding. Een aantal cliënten werd direct in het pand ondergebracht.

Op 6 maart 2024 sommeerde de gemeente de eigenaar om de bouwwerkzaamheden stil te leggen en het gebruik door de zorginstelling te staken. De gemeente deed dit om 3 redenen: de start van de verbouwing was niet vooraf bij de gemeente gemeld, de verbouwing is volgens de gemeente niet volgens de voorwaarden van de omgevingsvergunning uitgevoerd en het pand is volgens de gemeente in strijd met de regels in gebruik genomen, zoals brandveiligheidsvereisten. De eigenaar heeft hiertegen bezwaar gemaakt en vraagt de rechtbank een voorlopige voorziening te treffen.

Oordeel van de voorzieningenrechter

Hoewel de onderzoeksmogelijkheden bij een voorlopige voorziening beperkt zijn, betwijfelt de voorzieningenrechter of de eigenaar alle overtredingen heeft begaan die de gemeente in de handhavingsbesluiten noemt. De voorzieningenrechter weegt het belang van de eigenaar bij onmiddellijk verder bouwen en gebruiken van het pand af tegen het belang van de gemeente om te zorgen dat het pand uiteindelijk volgens de regels wordt verbouwd en gebruikt.

De handhavingsbesluiten van de gemeente zijn kennelijk ingegeven door politieke druk van de buurt op de burgemeester om op te treden tegen het gebruik van het pand voor bewoning door zorgbehoevende personen. Dit terwijl de gemeente in het handhavingsbesluit niet zegt dat dat in strijd is met het omgevingsplan. Anderzijds weegt de voorzieningenrechter mee dat de eigenaar wel verwarring heeft gezaaid door een bouwplan in te dienen voor een hotel, maar het pand te gebruiken voor bewoning met zorg.

De voorzieningenrechter oordeelt dat de eigenaar over 2 weken verder mag gaan met de bouwwerkzaamheden. De eigenaar moet voor het hervatten van de werkzaamheden wel de noodzakelijke stukken bij de gemeente aanleveren en laten goedkeuren, om te laten zien dat hij aan de bouweisen voldoet die in de omgevingsvergunning staan. De eigenaar mag het pand nog niet gaan gebruiken. Daarvoor moet de gemeente na afronding van de bouw eerst controleren of het pand voldoet aan de voorschriften voor brand- en constructieveiligheid.