In nauwe samenwerking met de corporaties en ontwikkelaars komen er duizenden woningen bij in Zaanstad de komende jaren. Voor circa 9.000 woningen zijn al harde afspraken met marktpartijen of is het bestemmingsplan vastgesteld.
Inlopen van het woningtekort
De afspraken in de Woondeal MRA zijn wederkerig, wat betekent dat het Rijk zich inzet voor het wegnemen van knelpunten voor de woningbouw, bijvoorbeeld op het gebied van klimaatbestendig bouwen, geluid, stikstof en luchtkwaliteit. Dat is noodzakelijk om het woningtekort in de MRA sneller in te lopen en de betaalbaarheid van het wonen in de regio te verbeteren. Marktpartijen en woningcorporaties maken zich terecht zorgen over de hoeveelheid randvoorwaarden die nog moet worden ingevuld om vóór 2031 tot voldoende woningbouw te kunnen komen. De noodzaak om samen te werken is daarom groot en vraagt inzet van alle betrokken partijen. Dit is een extra uitdaging in een tijd met onder meer oplopende bouwkosten, hogere hypotheekrentes en gebrek aan personeel bij markt en overheid. We hebben hiervoor alle inzet en alle partijen nodig.Alle gemeenten moeten evenredig bijdragen
Daarnaast ondersteunt Zaanstad een verzoek van de gemeente Amsterdam en minister De Jonge aan alle gemeenten in de MRA om minimaal 30% van de vrijkomende en nieuwe sociale huurwoningen toe te wijzen aan wettelijk urgenten en statushouders. Het achterliggende doel van de zogenaamde 30-30-30 regel (30% sociale huur in de nieuwbouwproductie, 30% sociale huur in de bestaande woningvoorraad en 30% toewijzing aan wettelijk urgenten en statushouders in vrijkomend aanbod sociale huur) is dat alle gemeenten in de MRA evenredig bijdragen aan het zorgen voor voldoende en betaalbare huisvesting voor de kwetsbare– en lage inkomensgroepen. Hier pleit Zaanstad in de regio al langer voor omdat nog niet alle gemeenten dat doen.Dit verzoek loopt vooruit op de nieuwe wet Versterking regie volkshuisvesting, waarin het Rijk meer urgente groepen aanwijst en aan regio's vraagt gezamenlijk afspraken te maken over de verdeling van deze woningzoekenden. Zaanstad wijst op dit moment 38% van de woningen toe aan urgenten, waarvan 8% aan statushouders. De huisvesting van statushouder gebeurt via een halfjaarlijkse taakstelling vanuit het Rijk.