ZAANDAM - Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) heeft de gemeente gevraagd om een schip aan te leggen in de Achtersluispolder in Zaandam om daar tijdelijk asielzoekers op te vangen. Het gaat om noodopvang van naar verwachting ongeveer 400 mensen voor de duur van 1 jaar. Het college heeft aangegeven vanwege het gebrek aan voorzieningen op het industrieterrein en de verkeersituatie aldaar liever geen gebruik te maken van deze locatie als aanlegplek en gaat daarom bekijken of er een alternatieve ligplaats beschikbaar is. Vanwege de urgente situatie, zal het college bij gebrek aan een alternatieve locatie, onder voorwaarden wel instemmen. Het voorstel met deze voorwaarden legt het college nu voor een zienswijze aan de raad voor. Donderdag 7 oktober wordt het voorstel in de raad besproken.Met dit verzoek vervalt het eerdere verzoek van het COA om mensen op te vangen op het Hembrugterrein in de Taetshallen.
Het COA heeft aangegeven extra opvangcapaciteit nodig te hebben door de stijgende asielinstroom, het toenemende aantal na-reizigers en het grote aantal vergunninghouders in de opvang dat wacht op huisvesting. Doordat de instroom groter is dan de uitstroom neemt de druk met de dag toe.
Het COA deed eind augustus een verzoek aan Zaanstad om mee te werken aan de realisatie van noodopvang voor asielzoekers in de Taetshallen. De beschikbaarheid van Taets en de benodigde ruimtelijke procedures maken realisatie niet eerder haalbaar dan eind november/begin december. COA heeft de gemeente laten weten niet met deze optie verder te gaan.
In plaats daarvan vraagt COA om medewerking te verlenen aan het aanleggen van een schip in Zaandam voor een periode van 1 jaar met de optie om dit 6 maanden te verlengen. Het COA heeft het oog heeft laten vallen op de hotelboot in de Achtersluispolder waar in 2014 ook gebruik van is gemaakt. De inschatting van het COA is dat het de komende periode om opvang voor circa 400 mensen gaat. Bij voorkeur starten ze zo snel als mogelijk.
Het college heeft eerder aangegeven in beginsel positief te staan tegenover het bieden van hulp in de vorm van noodopvang. Er ligt een urgente opgave en het college pakt graag haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Daarom gaat het college in principe akkoord met de realisatie van noodopvang in Zaanstad. Wel wil het college dat er mogelijkheden voor een alternatieve ligplaats worden onderzocht. Daarnaast moet er in ieder geval aan een aantal randvoorwaarden worden voldaan.
- Kosten komen niet ten laste van de gemeente;
- De rolverdeling en afspraken tussen het COA, de gemeente en maatschappelijke partners zijn expliciet vastgelegd;
- Het COA draagt (financieel) zorg voor (de afstemming en coördinatie van) een passend activiteitenaanbod;
- Het COA faciliteert en financiert een ontmoetingsruimte in de nabijheid van het schip;
- Er is een plan voor vervoer en (dekking voor) exploitatie daarvan;
- Beheer, leefbaarheid, veiligheid en toezicht zijn goed afgestemd en geregeld, en het COA is hiervoor primair verantwoordelijk;
- Communicatie en participatie worden door het COA en de gemeente gezamenlijk opgepakt.
Daarnaast zijn er ook locatie gebonden voorwaarden bij realisatie. Het gaat er dan om dat de benodigde ruimtelijke procedures worden doorlopen en de op te vangen groep bestaat uit doorstromers met een beperkte verblijfstijd van maximaal zes maanden.
Indien het COA tot een overeenkomst komt met de eigenaar van het schip en de eigenaar van de kade, en de raad een positieve zienswijze afgeeft, stelt de gemeente samen met het COA een bestuursovereenkomst op. Vervolgens kan worden overgegaan tot realisatie: (1) doorlopen van ruimtelijke procedures, (2) inrichten van de locatie en omgeving in samenspraak met omgeving en (3) organisatie van randvoorwaarden.