ZAANDAM - De rechtbank Noord-Holland heeft een man en een vrouw (beiden 20 jaar) veroordeeld voor hun aandeel in een gewapende roofoverval in juli 2018 in Zaandam. Daarbij werden drie slachtoffers beroofd van onder meer een horloge, gouden ring en telefoon. De man heeft 2 maanden voorwaardelijke jeugddetentie en een werkstraf van 100 uur gekregen, de vrouw een werkstraf van 60 uur. Twee andere verdachten (18 en 21 jaar) zijn vrijgesproken. Een vijfde verdachte moet nog voorkomen bij de rechtbank Amsterdam.

Roofoverval
De roofoverval gebeurde op 28 juli 2018. Drie slachtoffers werden in een auto onder valse voorwendselen naar een rustige plek gelokt. Daar werden de slachtoffers geconfronteerd met meerdere mannen. Een van hen was bewapend met een vuurwapen dat niet van echt te onderscheiden was, de ander had een mes bij zich. Onder dreiging van die wapens hebben de slachtoffers sieraden en een telefoon afgestaan. Daarna werden andere goederen uit hun auto gestolen. Tijdens de beroving zijn de slachtoffers geslagen en geschopt.

Volgens de rechtbank is een gewapende straatroof bijzonder ernstig. De slachtoffers waren zeer aangedaan door wat ze hebben meegemaakt. Slachtoffers van gebeurtenissen als deze hebben vaak langere tijd te maken met psychische klachten.

Straffen
De man was 17 jaar toen het gebeurde. Hij is eerder veroordeeld voor een soortgelijk incident, maar heeft inmiddels begeleiding van een coach. Die helpt hem zijn leven op orde te brengen en aan een positieve toekomst te werken. Mede daarom legt de rechtbank hem een voorwaardelijke jeugddetentie op met een proeftijd van 2 jaar naast een werkstraf.

De vrouw is medeplichtig aan de roofoverval, vindt de rechtbank. Hoewel ze geen geweld heeft gebruikt, heeft ze de slachtoffers wel naar de rustige plek gelokt en contact onderhouden met medeverdachten. Ze wist dat er spullen zouden worden afgepakt en heeft daarmee de kans aanvaard dat er geweld zou worden gebruikt. De verdachte was 18 jaar toen het incident gebeurde, maar de rechtbank ziet aanleiding om haar via het jeugdstrafrecht te berechten. Zij is niet eerder met justitie in aanraking gekomen en heeft geen contact meer met de anderen die betrokken waren bij het delict. Een werkstraf is volgens de rechtbank daarom passend.

Daarnaast zijn de twee veroordeeld tot het betalen van schadevergoedingen aan de slachtoffers. De andere twee verdachten zijn vrijgesproken vanwege gebrek aan bewijs.